In een rijtuigie – W. Sonneveld & L. Jongewaard (1968)
Refrein:
In een rij-tuigie, in een rij-tuigie.
In een rij-tuigie, rejen we naar Vinkeveen.
Op een dag in maart, zo kallem en bedaard.
En maar schommelen
en maar kijken naar de kont van ‘t paard.
In een rij-tuigie, in een rij-tuigie.
In een rij-tuigie helemaal naar Vinkeveen.
1) En geen wolkie in de lucht.
En een bootje in ‘t riet.
En geen auto op de weg.
Want die had je toen nog niet.
Je ging scheef bij elk bochie.
Oh, wat een lekker tochie.
Refrein
In een rij-tuigie, in een rij-tuigie (etc.)
2) Wat een tijd, oh wat een tijd.
Iedereen die was een heer.
Iedereen was heel beschaafd.
Want er was nog geen verkeer.
En niet bang zijn voor je hachie.
Oh wat een lekker daggie.
Refrein:
In een rij-tuigie, in een rij-tuigie (etc.)